Evolutie van het Nieuw Kwartier

In de 14de eeuw bouwde Leuven een tweede omwalling rond de stad. De omwalling had 8 poorten die via poortstraten toegang gaven tot de stadskern. De Park – en Naamsepoort zijn, samen met de Park- en Naamsestraat, tot op vandaag de belangrijkste toegangswegen tot het Nieuw Kwartier.

De Parkpoort gezien vanuit de Parkstraat.

De Naamsepoort getekend vanuit de Broekstraat.

De Naamsepoort stond destijds bekend als de ‘Heverlesche Porte’ of ook wel ‘Hovepoort’ naar het gehucht Hove.

De wallen en grachten domineerden het uitzicht van de stad tot midden 19de eeuw, wanneer beslist werd om de vesten in te richten als nieuwe boulevards. Op sommige plaatsen zijn de restanten nog zichtbaar, zoals ‘den (Kastanje)boulevard’ tussen Park- en Naamsepoort.

Het vicus Flamingorum of Vleminckxveld

Het ‘Nieuw Kwartier’ is een wijk – de naam zelf zegt het al – zonder veel verleden, zonder veel geschiedenis. Omdat het gebied pas in de 20ste eeuw werd bebouwd, vind je er geen kerken, kloosters of universitaire colleges terug.

Het stadsgedeelte tussen de Vlamingenstraat, de Tiensestraat, de Naamsestraat en de Vesten werd al in de Middeleeuwen het ‘Vleminckxveld’ (‘Le champs des Flamands’) genoemd.

Die naam was een verwijzing naar de wevers, die de wijk hadden genomen uit het onrustige graafschap Vlaanderen en zich in de 14de eeuw buiten de eerste muur vestigden.

Vleminckxveld (Plan der stad Leuven, Jobard, 1827-1830)

Landelijke omgeving

De tweede stadsomwalling betekende dat de oppervlakte binnen de muren meer dan verzesvoudige, van 60 ha tot meer dan 410 ha.

landelijke omgeving (Ferraris, 1777)

De nieuwe omtrek was zo ruim bemeten dat grote delen buiten de oude stadskern nog eeuwenlang als land- en tuinbouwgrond in gebruik bleven.

Ook het Nieuw Kwartier was lang een volledig landelijke omgeving. Er was nauwelijks bebouwing zoals op deze kaart uit 1777 te zien is. En op oude kaarten vinden we dan ook meestal maar drie wegen terug in deze buurt.

Parkstraat

De Parkstraat was een van de oudste wegen van Leuven. Deze veldweg gebruikte de Graaf van Leuven om naar zijn ‘park’ met jachtverblijf te gaan.

Graaf Godfried met den Baard maakt van Leuven de hoofdstad van het graafschap Brabant. Hij wil de stad meer allure geven en trekt abdijen aan die kunnen bijdragen tot de cultuur van de stad maar ook tot de ontsluiting van het platteland. In 1129 schenkt hij zijn jachtgebied aan de Norbertijnen, die er de abdij van ’t Park oprichten.

De Parkstraat liep door de velden en er stond een pachtershoeve die vermoedelijk verbonden was met de abdij van Park.

Graaf Godfried met den Baard

pachtershoeve

Die hoeve kan je heden situeren op de hoek van de Parkstraat met de Vesaliusstraat. Het atelier van de voormalige slagerij Van Calster was gevestigd in de vroegere stallen.

Parkstraat, met de pachtershoeve (Plan der stad Leuven, Jobard, 1827-1830)

Quaden Poel (Jacob van Deventer, 1550)

Quade Poel

Aan de kruising van de Parkstraat met de huidige Hendrik Consiencestraat, lag tot in de 19de eeuw de ‘Quade Poel’ (quade = kleine), een drinkplaats voor vee. Daarnaast was een ‘bornput’ (waterput) voor gezinnen en een ‘Hoppecruythofken’ (een kruidentuintje).

De poel was omsloten door een muur en werd aanvankelijk onderhouden door het stadsbestuur.

Maar in de 17de eeuw wentelde de stad het onderhoud van de Quade Poel af op de omwonenden. En omdat het onderhoud van het water vervolgens te wensen overliet, spreekt men in 1719 van de ‘Swerten Poel’ (Swert = zwart). De poel werd pas gedempt in 1838 en is nog duidelijk zichtbaar op de onderstaande kaart uit de 16de eeuw.

de Quade Poel (Louvanium, Braun & Hogenberg. 1599)

Horenstraat

De huidige Consciencestraat was toen gekend als achtereenvolgens ‘Nieuwestraat’, ‘Poelstraat’ en ‘Horenstraatje naar de poel’ (of kortweg ‘Horekestroike’). De naam ‘Horenstraat’ (Rue des Cornets) verwijst mogelijk naar een huis dat ‘De Hoorn’ heette. Op dat moment was er in de straat enkel wat bebouwing naar de Naamsestraat toe.

Die bebouwing langs de Naamestraat bestond uit een systeem van gangen met arbeiderswoningen.

Het straatje was nauwelijks een stootkar breed, de vlooien konden er springen van de ene deur naar de andere.
(Plan der stad Leuven, Jobard, 1827-1830)

Intussen werd het plein langs de Consciencestraat volledig vernieuwd en kreeg daarbij de nieuwe en officiële naam ‘Hoornplein’, verwijzend naar de oude naam van de Consciencestraat.

Verkortingsstraat

De Verkortingsstraat lag in het verlengde van de Broekstraat in Heverlee en liet bewoners toe naar de parochiekerk van Sint-Kwinten te gaan zonder langs de drukke Naamsepoort te moeten.

Straathistories-Het Nieuw Kwartier
Straathistories-Het Nieuw Kwartier

Bron: Straat Histories “Het Nieuw Kwartier”

Redactie & Verantwoordelijke uitgever: werkgroep Straathistories Nieuw Kwartier
Jaak Brepoels, Marc Carnier, Kolet Janssen, Nikie Lapaire, Karol Verbeke
Eindredactie: Kolet Janssen, Erfgoedcel Leuven

Bekijk ook zeker de andere straathistories op de website van Erfgoedcel Leuven.

Scroll naar boven